De voorbije dagen werden enkele gevallen vastgesteld van rhinopneumonie in Stal Hazebroek in Schilde ’s Gravenwezel in de provincie Antwerpen. Bij vaststelling van deze infectie werd deze stal door de uitbaters in overleg met de bedrijfsdierenarts gesloten. De situatie wordt van dag tot dag opgevolgd en de situatie is volgens de dierenarts aan de beterhand.Momenteel zijn er geen andere gevallen bekend.
Er wordt aangeraden de paarden die tijdens het laatste weekend van mei 2009 deel hebben genomen aan de provinciale VOR wedstrijd in Stal Hazebroek of in contact geweest zijn met deze paarden goed op te volgen en bij verdachte symptomen een dierenarts te consulteren.
Men moet er rekening mee houden dat rhinopneumonie een incubatietijd heeft van 5 à 12 dagen.
Het rhinopneumonievirus wordt voornamelijk overgedragen door direct contact tussen paarden en door de mens indien deze contact heeft met meerdere paarden. Er wordt bijgevolg aangeraden extra aandacht te besteden aan hygiëne.
Er zijn drie mogelijke symptomen:
Een locatie die mogelijke gevallen van rhinopneumonie heeft dient tot ten minste twee weken na de laatste koortsaanval contacten met andere paarden te vermijden.
Aangezien het momenteel een lokaal probleem betreft is er geen reden om specifieke maatregelen te nemen.
Wij vragen dierenartsen en betrokkenen echter om gevallen van rhinopneumonie te melden aan de KBRSF (info@equibel.be ) of de Liga’s (info@vlp.be of info@lewb.be) zodat wij de evolutie van de verspreiding ervan kunnen monitoren zodat indien nodig maatregelen kunnen worden genomen.
Er wordt aangeraden de paarden die tijdens het laatste weekend van mei 2009 deel hebben genomen aan de provinciale VOR wedstrijd in Stal Hazebroek of in contact geweest zijn met deze paarden goed op te volgen en bij verdachte symptomen een dierenarts te consulteren.
Men moet er rekening mee houden dat rhinopneumonie een incubatietijd heeft van 5 à 12 dagen.
Het rhinopneumonievirus wordt voornamelijk overgedragen door direct contact tussen paarden en door de mens indien deze contact heeft met meerdere paarden. Er wordt bijgevolg aangeraden extra aandacht te besteden aan hygiëne.
Er zijn drie mogelijke symptomen:
- verkoudheid: Deze vorm veroorzaakt koorts en soms een snotneus, hoesten en/of dikke benen.
- abortus: Deze vorm veroorzaakt abortus of zeer zwak geboren veulens die vaak sterven.
- aantasting van het zenuwstelsel: Deze vorm komt het minst voor en veroorzaakt verschijnselen van het zenuwstelsel. Dit begint meestal met een wat slappe staart en ataxie (ongecontroleerd lopen). Soms kunnen nog andere verlammingsverschijnselen optreden.
Een locatie die mogelijke gevallen van rhinopneumonie heeft dient tot ten minste twee weken na de laatste koortsaanval contacten met andere paarden te vermijden.
Aangezien het momenteel een lokaal probleem betreft is er geen reden om specifieke maatregelen te nemen.
Wij vragen dierenartsen en betrokkenen echter om gevallen van rhinopneumonie te melden aan de KBRSF (info@equibel.be ) of de Liga’s (info@vlp.be of info@lewb.be) zodat wij de evolutie van de verspreiding ervan kunnen monitoren zodat indien nodig maatregelen kunnen worden genomen.
